Vreemd genoeg, was het minder eng om deze Pokémon in haar armen te houden omdat deze net zo angstig keek als dat zij gewend was. Voor een moment was zij degene die de Pokémon wilde overtuigen dat ze lang zo eng niet was. Dat ze het samen leuk konden hebben in de tijd die hen te wachten stond. Ze rolde zich op haar rug en gebruikte één arm om in een zittende houding te gaan zitten, de Rockruff nog steeds strak tegen haar borst houdend.
En toen klonk het gegrom.
Elara haalde een diepe teug adem. Voor een moment dacht ze erover na om haar Pokéball te pakken, maar ze wist genoeg. Deze Pokémon was veel sterker dan haar Scyther, dus alles wat dat zou doen was haar opofferen. Dat gunde ze de Scyther niet. Ze kon de Scyther niet vragen haar te beschermen als zij de Pokémon niet vertrouwde. Op dit moment moest zij ervoor kiezen om de Scyther te beschermen, en daarna pas zichzelf.
Dus, liet ze de Rockruff voorzichtig los.
Er was haar één ding duidelijk op het moment dat ze zichzelf voorzichtig overeind duwde in een poging de Lycanroc niet nog bozer te maken. De Rockruff was banger voor de Lycanroc dan dat deze voor haar was. “Ren! Kom op!” riep ze en ze schoot langs de Lycanroc, de Rockruff haar op de hielen volgend. Ze konden niet eindeloos blijven rennen en zij en de Rockruff gingen eerder moe worden dan de Lycanroc. Maar, wat moest ze dan?
Die vraag werd voor haar beantwoord toen ze te druk bezig was om achterom te kijken, om te zien dat er een helling voor haar neus te vinden was. Met een koprol viel ze naar beneden en gleed ze van de helling af, om in het gras tot stilstand te komen. De kleine Rockruff leek bovenaan de helling te twijfelen, maar toen hij de Lycanroc zag, wist de Pokémon dat hem nog maar één ding te doen stond: hij sprong en gleed van de steile helling af, terwijl Elara zichzelf overeind werkte. Ze ving de Rockruff in haar armen en keek nog een keer naar boven om de Lycanroc te spotten, welke grommend bovenaan stond. In plaats van naar beneden te glijden, keerde hij om en begon hij te zoeken naar een andere manier om naar beneden te komen.
“Dit is onze kans!” sprak Elara. Ze zette de Rockruff op de grond en begon te rennen, tussen de bomen door, weg van de Lycanroc. Het voelde alsof ze een eeuwigheid aan het rennen waren, maar uiteindelijk hoopte ze dat de Lycanroc hen kwijt was geraakt. Ze kwam met een luide ademteug tot stilstand en voelde haar hart in haar keel kloppen. Nu pas voelde ze de vele schaafwonden op haar rug en armen van haar val naar beneden, maar ze wist dat haar veiligheid en die van de Rockruff belangrijker was.
“Ben je oké?” vroeg ze de Pokémon zacht, welke haar met een vermoeide blik aankeek. Ze stapte op de Rockruff af en hurkte voor hem neer, om hem zachtjes over zijn hoofd te aaien. Door het hele fiasco van zojuist, was hij zo eng nog niet. Misschien had dit wel een kans. Toen hij zijn hoofd enthousiast dichter tegen haar hand duwde, voelde ze de glimlach op haar gezicht groeien.
“Jij en die Lycanroc horen niet bij elkaar, of wel?” vroeg ze zachtjes. De Rockruff liet een zacht geluidje horen, waardoor ze een voorzichtige glimlach op haar gezicht vormde. Ze haalde haar hand van zijn hoofd en haalde een Pokéball tevoorschijn, welke ze met een druk op de knop vergrootte.
“Ik kwam hier voor een reden en ik denk dat wij elkaar kunnen helpen,” ging ze door. Voor een moment was ze stil, maar ze wist dat dit de juiste beslissing was. “Wil je samen met mij sterker worden, zodat we voor niemand meer bang hoeven te zijn?” vroeg ze de Pokémon, voor ze de ball voor zijn neus hield. Hij mocht nu de keuze maken.