Hij besefte eigenlijk best laat dat hij nog niks had gedaan op het festival. Buiten even de maze in te gaan had hij niet veel anders gedaan. Hij haalde diep adem en zuchtte. Zelfs dat was een beetje een teleurstelling geweest. Erg jammer, maar wat kon je eraan doen eh? Hij haalde zijn schouders op en lostte ze wat, waarna hij even kalm neerbukte om Blathnaid van de grond te vissen. Het kleine knaagdier begon meteen blij te piepen bij dit gebaar, duidelijk liever in de armen van haar trainer dan op de grond. Ja, hij wist dat het wel lag aan het feit dat er veel Pokémon rondliepen. De traited togedemaru was een echte jankerd als het aankwam op andere Pokémon. Hij vroeg zich ook af of het wezen nog steeds bang zou zijn als hij er een tweede Pokémon erbij nam. Hij beet even op zijn onderlip en schudde zijn hoofd. Hij zou uiteindelijk gewoon meer Pokémon moeten krijgen, want met alleen Blath zou hij het niet ver schoppen. De man zuchtte nogmaals bij die gedachte en draaide zich even naar wat kraampjes. Even zien of hij hier iets kon doen.
”Rye, nee, kom terug!” Riep hij over het festivalterrein heen, terwijl zijn Chikorita er weer vandoor ging. Oh, wat een groot probleem dit ging worden zodra ze niet meer in de veilige omgeving van een festival waren, maar in een bos waar de Chikorita zich veel makkelijker uit de voeten kon brengen. Hij rende achter de herfstkleurige pokémon aan, wie zich met enthousiaste piepjes door de benenmassa van het publiek heen baande. Wat een ramp.
De pokémon kwam echter nieuwsgierig tot stilstand voor een jongetje.. of een jongen? Een man? Een diepe frons verscheen op Azrael’s gelaat, terwijl hij zijn handen in zijn zakken stak en dichterbij stapte. Nee, de man.. of jongen zag eruit als een ware hobbit qua lengte, maar hey. Misschien moest hij nog groeien. Rye, daarintegen, had alleen maar oog voor de speciaal gekleurde togedemaru, en maakte speelse zijwaartse bewegingen. Wilde de herfstkleurige Chikorita nou daadwerkelijk met een wildvreemde pokémon spelen?
Opeen stond er een vrij intressant gekleurde Chikorita voor zijn voeten, waardoor de man meteen halt hield. De grass type had meteen haar aandacht gericht op zijn Pokémon en begon geluidjes te maken en gebaren. Blathnaid leek echter niet zo heel blij te zijn met de plotse aanwezigheid van een nieuweling en begon zachtjes te jammeren. Myrddin liet zijn ogen dan ook even van de peervormige Pokémon naar het knaagdier gaan en terug. Misschien... Langzaam zakte hij door zijn benen en plaatste hij de traited muisachtige neer. Wel meteen begon ze paniekerig rond te trippelen, waarna ze achter het been van haar trainer dook. Myrth keek even bedenkelijk naar zijn Pokémon en liet vervolgens een zucht van zijn lippen gaan. Als een kind zat het bolle wezen haar armpjes op te steken naar de ranger. Een gebaar dat ze terug opgepakt wilde worden. De helblauwde ogen van de man waren even op haar gefixeerd voordat hij terug overeind kwam. Hier had hij geen zin in.
Echter verschoot hij zich een ongeluk toen zijn focus op iets nieuws kwam. Een reus van een man was opeens voor hem opgedoemd, waardoor hij meteen een stapje naar achter zette en zijn handen tot vuisten balde. Hij voelde zich meteen heel erg geïntimideerd en dat frustreerde hem mateloos. Hij keek dan ook even naar de ander, voordat hij uiteindelijk het oogcontact brak en naar de Chikorita keek. Hoe dan ook kon hij het niet laten terug naar de ander op te kijken. Waarom zat hij zo naar hem te kijken? Wat was zijn probleem? De man vernauwde zijn ogen terwijl hij de veel te lange persoon aan bleef kijken. Wat nou?
Rye sprong enthousiast op en neer, wiebelde zijn kont in de lucht en bewoog wilde met het blaadje bovenop zijn hoofd. Alles aan de pokémon toonde aan dat deze wilde spelen, en de trainer die de togedemaru vasthield, liet deze uiteindelijk op de grond los. De vreemd-gekleurde togedemaru leek er echter niet van gediend te zijn, in een chaos van paniek begon de arme muisachtige pokémon rondjes te rennen, voordat het zich achter de poten van zijn trainer verschool. Azrael trok zijn wenkbrauwen op. Zag hij daar een teleurgestelde blik in de ogen van Rye? Wat sneu. Wie wilde nou niet met zíjn pokémon spelen?
Hij keek omhoog, en toen weer omlaag, bij de goden wat was deze man klein. Op dit punt begon hij zich af te vragen wat er in het water van Sinnoh zat, of van Unova. Want alle mensen die hij hier in Sinnoh tegenkwam waren ontzettend klein, het voelde bijna alsof hij terug op de kostschool stond, oog in oog met een brugpieper. Minus de reusachtige rugzak, dan. Zijn blik verschoof om te zien of de man een reusachtige rugzak droeg, een geamuseerde grijns trok rond zijn lippen. Nee, dat mistte. Hij haalde zijn wenkbrauwen verontwaardigd op toen de ander zijn ogen vernauwde. ”Wat?” Weerklonk zijn zware stem. Was er een probleem hier?
Hij kon het niet laten even zijn ogen over de ander te laten gaan om te zoeken waar zijn zwakke punt was. De benen waren gewoonlijk vrij gevoelig bij langere mensen en als ze eenmaal op hun knieën zaten was het makkelijk ze daar verder in elkaar te slaan... So, benen zou meteen eindigen in een hevige vechtpartij waar hij zeker de bovenhand zou hebben. Soms was hij erg tevreden met het feit dat hij zo klein was. Misschien was het omdat men hem onderschatte of misschien was het omdat hij zo compact was. Men kon heel moeilijk hem raken of iets precies raken. Hij kon makkelijk wegduiken, makkelijk zijn gevoelige delen afschermen met zijn armen en dat allemaal in ruil voor wat kracht en intimidatie. Hij wist dat hij veel sterker was dan dat hij eruit zag op eerste zicht en hij makkelijk de neus van de ander zou kunnen breken met een simpele slag, maar dan moest hij natuurlijk wel eerst aan zijn gezicht kunnen komen. Nou, die Seedot van eerder op de dag was dan toch een fijner iemand geweest om in elkaar te meppen. Die was niet veel groter dan Myrddin en was dus makkelijk geweest om in elkaar te slaan.
Doordat de man zo in gedachten verzonken was, was hij lichtjes van zijn stuk gebracht toen de ander sprak. Kort keek hij vragend op, waarna hij zijn hoofd wat schudde om zichzelf wat meer ter aarde te brengen. Focusen, hij moest de ander nog niet in elkaar gaan rammelen. Hoe dan ook kon de kleine kerel het niet laten en al snel had hij zijn boekje en pen erbij genomen vanuit zijn broekzak. Snel begon hij te pennen waarna hij het naar de ander draaide. 'Waar zit je naar te kijken?' stond er simpel. Hij had de ander wel zien staren naar hem en dat was de reden geweest dat hij ook zijn focus op hem had gehouden. Man, zijn nek zou echt pijn beginnen doen als hij nog langer zo op moest kijken, maar hij was te koppig om zijn blik van de ander te halen. Nee, hij zou niet opgeven.
Blathnaid daarintegen gaf wel meteen op en na enkele tellen niet de aandacht van haar trainer te krijgen begon ze zachtjes te snikken. Het klonk zo fake als wat en dat was ook te zien aan de reactie van de trainer, die er al niet meer op reageerde. Ze deed het zo vaak, ze was gewoon een drama queen. Ze was niet eens echt aan het huilen, de bitch.
Rye zijn enthousiasme werd teniet geslagen door de Togedemaru, wie zich direct omkeerde naar zijn trainer en met zijn pootjes omhoog poogde om weer opgetild te worden. Rye leek het niet op te geven, waardoor Azrael zich afvroeg of de herfstkleurige pokémon wel enig idee had wat social cues waren. Het was immers overduidelijk dat de ander niks van hem wilde, geen spel, geen contact, helemaal niks. ”Rye,” Zuchtte hij kalm, maar de Chikorita had geen oog meer voor zijn nieuwe trainer. Misschien moest hij ook maar zo’n tuigje halen, dan kon hij zijn pokémon zo terugroepen.
De jongen voor hem was net zo’n bijzonder geval als de Togedemaru. Als een baby havik staarde de blonde man omhoog, een interessante blik voor iemand die zoveel weg had van een muis. Azrael sloeg zijn armen over elkaar, zichzelf afvragend of het het waard was om hier nog meer tijd aan vuil te maken. Zelfs toen de jongen een notebook en pen tevoorschijn haalde, overwoog hij om gewoon om te draaien en weg te wandelen. Tijd was geld, en toevallig was zijn tijd peperduur.
De jongen draaide het boekje zijn kant op, waardoor hij even verbaasd naar de woorden staarde. ”Ah, geen stem?” Grijnsde hij naar de jongen. Lekker insensitive weer. ”Ik stond te kijken naar je pokémon.” Vermelde hij al gauw, een knik naar zijn snikkende Togedemaru. Wat een drama-queen. ”Is ze traited?”
Hij moest eigenlijk helemaal niks van deze kerel. Alles aan hem schreeuwde foute boel en gewoon ja, hoe omschreef je het gevoel 'ik wil je in je muil trappen'. Was niet echt een woord voor... Hij vond kerels zoals hem gewoon hatelijk en als het niet tegen de wet was, dan had hij hem voor geen enkele reden buiten zijn uiterlijk in elkaar geslaan. maar helaas had hij een goede reden nodig tot zijn zogenoemde 'self defense'. Het woord alleen al was belachelijk, aangezien de kleine man nooit echt het gebruikte om zichzelf echt te beschermen. De eerste haal van de ander zorgde er echter voor dat het zo werd geclassificeerd. En helaas voor de ander was het vaak hem die on top kwam. In een wereld waar mensen zoveel langer dan je waren moest je wel ervaring hebben om on top te kunnen blijven. Hij wist dat hij niet altijd kon winnen, maar hij had allesinds genoeg pit om door te blijven pushen.
De opmerking van de kerel zorgde ervoor dat hij enkel even afkeurend snoof en een licht boos geluidje van hem afkwam. Hij onderdrukte het echter en balde enkel zijn vrije hand tot een vuist. Een simpele knik volgde op zijn vraag. Het was niet zozeer dat hij geen stem had, maar dat praten gewoon niet lukte voor hem. En hij vertikte het om tegen zo'n kerel als de ander te melden dat dat het geval was. In vele gevallen namen mensen zoals hem het aan als stomheid, alsof de blondine te stom was om te praten. Myrr wist echter dat dat niet waar was. Hij wist van zichzelf dat hij erg booksmart was. Niet alleen door de boeken, maar ook gewoon door zijn logica. Hoe dan ook werd die intiligentie vaak weg gecijferd door zijn zware emoties. En vooral bij zijn woede.
De man sprak echter verder, waarop Myrddin even knikte en het boekje terug naar hem draaide. Hij pende enkel neer 'Powder Blue' en draaide het naar de ander toe. Hij keek de ander meteen terug aan met toch wel een inschattende en licht uitdagende blik. Hij vond de attitude van de ander niet fijn. Hij werd er ongemakkelijk van en zo te zien voelde Blathnaid dat aan.
De Togedemaru liet een ergerlijk geluid maken en begon hopeloos aan de broekspijp van haar trainer te trekken in een poging zijn aandacht te krijgen. Myrth zuchtte een enkele keer en stak het boekje al snel terug in zijn achterzak, waarna hij door zijn knieën ging en het wezentje in zijn armen nam. Hij hield zijn aandacht kalm op zijn starter, wat ervoor zorgde dat zijn intese houding van eerst meteen veranderde. De man aaide de muisachtige even en suste wat geluidjes naar het wezen toe, waardoor deze meteen kalmeerde en haar gezicht tegen hem aanduwde. Wat een crybaby.