Met kleine, aarzelende pasjes betrad Cerys het bos. Haar hart klopte al in haar keel en haar benen voelde aan als slappe noedels. Eigenlijk wilde ze hier helemaal niet in. Echt niet. Maar ze hadden haar gedwongen, uitgedaagd. Wie was zij om die uitdaging af te slaan en te verliezen. En zo kwam het dat Cerys het spookbos in stapte. Toen de man bij de check-in haar had gezegd dat ze maar één pokémon mocht meenemen voor protectie, zat ze gebakken. Nocturne was een lafaard en zou niet veel hulp zijn. Odile was een klein tutje die het idee van het spookbos net zo aantrekkelijk zou vinden als Cerys. En dan was er Pleb. Haar roze Dratini. Ze had hem losgelaten en hij leek de enige van hen twee te zijn die niet doodsangsten uitsloeg. Was hij toch nog ergens goed voor behalve er mooi uitzien. "Blijf bij me!" Siste ze toen hij haastig op het geluid van gillende kinderen af wilde rennen. Een onkarakteristiek bevel. Normaal wilde ze haar aaltje zo ver mogelijk van haarzelf weg hebben. Pleb gehoorzaamde met een vrolijk geluidje en kronkelde dicht bij haar vooruit.
Achter haar klonk een geluid en Cerys keerde meteen om. Ze zag nog net een vosachtige pokémon wegschieten tussen de begroeiing door. Ze liet een ademteug ontsnappen waarvan ze niet had geweten dat ze die ingehouden had. Pas toen ze zich omdraaide en oog in oog stond met een zwevende theekop, sloeg de vrees toe. Onder andere omstandigheden had Cerys het een prachtig stuk servies gevonden. Het soort dat vanuit een lang vervlogen tijdperk stamde. Maar helaas was dit geen gewone theekop. Nee, het zweefde en de ogen op de zijkant van het fijne porselein knipperde droog naar haar. Een spookachtige gloed hing eromheen en toen de theekop dichterbij wilde komen, sloeg ze met alle kracht ertegen met haar handtasje en zette ze het op een lopen met Pleb op haar hielen.
Cerys hield stil bij een stenen muurtje waar in een aantal nissen witte kaarsen waren geplaatst. Ze verspreidde een zachte gloed. Hijgend leunde ze tegen tegen het muurtje aan om op adem te komen. Het was akelig stil in dit deel van het bos. Ze had in vrij korte tijd een vrij lang stuk afgelegd. Aangespoord door de vrees voor de spooktheekop. Pleb kwam op een langzamer tempo aankruipen, hijgend en puffend, en plofte uitgeput neer aan haar voeten. Ze moest het haar aaltje nageven. Hij volgde haar nog steeds. Enig andere pokemon zou er misschien al lang geleden voor hebben gekozen om Cerys en haar streken achter te laten. Ze zocht met trillende handjes in haar tas naar de beker water. Nadat ze een paar slokken had genomen, vielen haar ogen op de kaars die in de middelste nis stond. Het vlammetje was niet goudkleurig zoals bij de andere maar paars. Toen ze eens beter keek, keken er twee paarse ogen terug. Cerys stond vlug op met een geschrokken geluidje en begon weer weg te lopen. Onwillekeurig wierp ze blikken achterom. Wat was dit voor kutbos? Alle voorwerpen hadden ogen en keken haar aan! Walgelijk! Pleb maakte een ontevreden geluidje en kwam moeizaam in beweging, vastbesloten om dicht bij haar te blijven al schreeuwde zijn vermoeide spieren nog zo om genade.
De uitgang van het bos was al zichtbaar toen een beweging links van haar haar aandacht trok. Cerys stopte en keek met een frons op, verscheurd tussen nieuwsgierigheid naar wat dat zijn kon en angst die haar zei dat ze gewoon door moest lopen. Met haar pokedex in de aanslag liep ze er naartoe, maar bleef op hele ruime afstand. Haar pokédex piepte al voordat het wezentje uit de schaduwen kwam zweven. Het was afzichtelijk en .. Het wezen opende zijn muiltje en liet een ijselijke, bloedstollende kreet los die door merg en been ging. Haar pokédex zei met een mechanisch stemmetje: What makes it happy is imitating the voices of weeping people and scaring everyone. It doesn’t deal well with folks who aren’t easily frightened.. Huilend greep Cerys naar een pokébal en smeet het naar het ding toe. Ze wist niet wat ze anders doen moest. Het was puur instinct geweest en voor nu was dat voldoende want het vreselijke gegil verdween abrupt en de bal viel trillend in het gras.