Het zou een lange dag worden als hij hier nog de hele dag alleen zou moeten wachten. Crescent Moon had hem gevraagd om nog een paar uur extra hier te staan in het geval dat iemand hulp nodig had of dat er iets misliep; zoals een ongeval of een diefstal. Hij haalde diep adem en zuchtte, waardoor Aisling even naar voren leunde en haar snavel tegen zijn kaak drukte. Hij glimlachte zachtjes en legde een hand langs haar kopje waarbij hij haar kalm begon te aaien. Hij zat hier best goed, zo op een muurtje kon hij goed boven het publiek kijken. Ook had de Archen een goed beeld van wat er aan de hand was. Ze had een goede sprong en zou zo op iemand kunnen landen mochten er problemen opspelen. Blathnaid zat naast hem te knabbelen op een snoepje. Ze leek duidelijk van slag dat ze niet langer een enigskind was, dus had ze haar rug naar haar trainer gekeerd en kwamen er boze geluiden van haar af. Myr negeerde het, ze was immers altijd wel zo als ze niet genoeg aandacht kreeg. Maar ze had letterlijk niks om over te klagen, dus gunde hij het haar ook niet.
Sinds wanneer was Halloween zo'n groot ding hier in Sinnoh? Dit was echt iets wat niet hoorde in zijn hoofd, maar wat wel gewoon gedaan werd. Hij snoof eventjes en hielt Sparda dicht bij hem. Hij verwachtte niet dat de Sneasel er zomaar vandoor zou gaan, maar hij wist ook dat er een opkomende trend van Team Zekrom bezig was in de regio en als hij iets haatte dan was het die zielige mensjes. Mortem klikte zijn hielen tegen elkaar en liep verder over het festival. Hij had gezien dat er ook meerdere mensen van de Crescent Moon aanwezig waren. Zouden ze bang zijn voor een aanslag ofzo? Alsof iemand een simpel festival als deze wilde aanvallen. Terwijl hij zijn hoofd schudde, liep hij langs een van de standjes, waar hij wat te drinken bestelde en spontaan een Halloween gerelateerd drankje in zijn handen kreeg geduwd. Natuurlijk. Het was bijna gifgroen en eventjes vroeg Mortem zich af of ze hem daadwerkelijk probeerde te vergiftigen. Hij sloeg 't achterover en slenterde verder, waarna hij op een van de minst bezetten bankjes neerplofte. Er zat al iemand op, een jongen van de Crescent Moon. Tenminste, hij dacht dat het een jongen was. Veel aandacht besteden hij er niet aan, maar het was Sparda die probeerde de aandacht te trekken van de Togedemaru. Het viel Mortem nu pas op dat 't een traited variant moest zijn. Dat, of ze waren opeens van kleur veranderd zonder dat hij het door had gehad.
Hij keek even op toen een oudere figuur naast hem kwam zitten. Hij bekeek de ander even kalm en maakte een besluit dat hij er best shady uitzag. Het hoedje, de sjaal en de Pokémon maakte het hele plaatje compleet. Blathnaid, die meteen aandacht leek te krijgen van de Sneasel, begon meteen te snikken en vervolgens te huilen. Het duurde nog geen halve seconde voordat ze zich terug naar Myrth had gedraaid en vluchtig op zijn schoot was gekropen waarbij ze haar snuitje verborg in zijn kleren. De man zuchtte even en fronste terwijl hij een hand legde op de huilende bal. Hij begon haar wat te kroelen en keek even naar de dark type. Zijn houding was kalm, een scherp contrast met de Archen die naar voren leunde op zijn schouder en een grauw geluid maakte. Ze was duidelijk erg beschermend over de Togedemaru en haar trainer. Ze wilde niet dat het beest dichter kwam, dan zouden er zeker gewonden vallen. Misschien moest Myr eens een hartig woordje met haar spreken. Geen idee hoe ze dat zou opnemen, aangezien hij nog nooit echt tegen haar had gesproken.
De Togedemaru barsten in huilen uit en rende naar diens trainer. Mortem keek eventjes vreemd op, net zoals Sparda, die zo te zien moeite deed om niet in lachen uit te barsten. Hij wilde alleen maar gezellig doen en als stank voor dank ging dat kreng lopen janken? Wat een afknapper was dit toch. De Sneasel keek vreemd naar de Togedemaru, haalde zijn schouders op en ging zitten, om weer verder te gaan met zijn klauwen slijpen. Mortem keek van zijn pokémon, naar de pokémon van de vreemdeling, naar de jongeman zelf. Inmiddels was hij er wel zo ongeveer over uit dat het een jongen was. "Aan 't werk?" vroeg hij, knikkend naar de kleding die hij aan had. Crescent Moon, de organisatie die zeiden dat ze werkte voor alles wat goed was voor Sinnoh, maar hij kon niet geloven dat het ook daadwerkelijk werkte. Hij snoof dan ook eventjes en liet zijn blik over de jongeman heen glijden. Vreemd figuur.
De reactie van de Sneasel was ergens te begrijpen. Hoe zou je zelf zijn als een kind zonder reden begon te huilen? Hij zou er in ieder geval majorly pissed over zijn. Vooral omdat er letterlijk niks echt engs aan hem was als hij zijn kleren aanhield. Sure, hij was veel gespierder dan een normale man van zijn leeftijd en dat was ook te zien in hoe hij vocht, hoe hij zijn grenzen verlegde en duidelijk veel meer kon dan mensen die er fysieker gewoon veel intimderender uitzagen. Myr moest het dan ook hebben van preciezie en snelheid. Techniek was beter dan kracht, maar ergens kwam hij dat laatste ook zeker niet tekort. Hij was er zeker van dat als hij een beetje langer was geweest dat hij een carriere had kunnen maken van zijn sport. Maar helaas zat hij vast in het lichaam van een dwerg. De man die naast hem was komen zitten begon te spreken en even keek Myr naar zijn shirt waarbij zijn blik onbewust ook viel op de traited togedemaru, die haar snuit erin had geduwd. Hij knipperde bedenkelijk en voelde hoe de Archen op zijn schouder onrustig met haar staart op en neer wipte. Even ging zijn blik terug naar de ander waarna hij duidelijk knikte. Hij bleef verder nog even stil voordat hij wat naar voren leunde en een boekje vanuit zijn broekzak vistte. Snel begon hij te pennen waarna er al snel iets op het papier stond. Hij keerde het boekje naar de ander. 'Ik hoop dat u een beetje kan genieten van het festival' Stond er. Hij en de rest van crescent moon deden immers enorm hun best om alles veilig te laten verlopen.
Het bleef stil naast hem. What the f- was er met deze gozer aan de hand? Mortem wierp nog één blik op hem, voordat hij besloot dat het zijn tijd niet waard was en haalde uit zijn zak een van de laatste snoepjes die hij had voor Sparda. De Sneasel greep hem uit zijn hand en ging zitten, om het lekkerheidje in alle rust op te kunnen eten. Pas toen hij het geluid hoorde van een pen op papier, keek Mortem om en zag dat de jongeman aan het schrijven was in een kladblok. What the..? Het werd alleen maar vreemder en vreemder wat deze knul aan het doen was. Hij kreeg het stuk papier onder zijn neus geduwd en zijn ogen gleden over de letters heen. Oh, dit verklaarde een klein beetje. Helaas had hij in zijn jeugd een cursus tot sign languages over geslagen, maar aan de andere kant wist hij ook niet of dit figuur doof was of daadwerkelijk niet kon praten. Nee wacht, het was ongeveer antwoord op zijn vraag, dus waarschijnlijk kon die alleen niet werken. "Mute?" vroeg hij daarom, terwijl hij onder de rand van zijn hoed naar de jongeman keek. "Is dat een Chatot niet beter voor je?" Hij knikte naar de Togedemaru die nog steeds op de schoot van de jongeman zat. Hij had nog een andere pokémon, een tot leven gewekt fosiel wist Mortem. Of te wel, een pokémon net zo oud als hijzelf.
De man keek meteen naar wat hij had geschreven en al snel kwam er een simpel woord terug naar hem. Hij knikte erop en liet zijn hand naar zijn hals gaan waar hij zijn shirt wat naar onder trok om het grote litteken te presenteren aan de ander. Dit deed hij maar voor enkele tellen voordat hij rustig weer loste. De shirt verborg de oude wonde niet helemaal, maar het deed toch zijn best om ietwat tot zichzelf te houden. Hij liet zijn ogen even van de oude man naar zijn Sneasel gaan en terug. Hij begon terug te praten en even vernauwde de blonde kerel zijn ogen. Had hij het over Aisling? De Archen snoof en kraaide even, hij wist niet of ze echt snapte wat de ander had gezegd of dat ze het gewoon deed uit pure frustratie. De man trok het boekje weer naar zich toe en begon weer te pennen. Al snel was hij klaar en draaide hij het naar de oudere man. 'Ik wil niet afhankelijk zijn van Pokémon.' Als je dat was dan was dat een zwakte. Nu viel het allemaal terug op zijn eigen kunnen en kracht. Net zoals hij die Mandibuzz in elkaar had geslaan. Op het einde van de dag kon je enkel vertrouwen op je eigen spieren en kunnen.
Ho ho, oké. Kalm aan. Het was niet bedoeling om hem kwaad te maken. Al had Mortem het idee dat hij gewoon die invloed had op mensen. Of ze voelde zich ongemakkelijk rond hem, of hij maakte andere kwaad door wat hij te zeggen had. Hij had zich er al een tijd geleden bij neer gelegd, maar het bleef een puntje waar hij misschien wel, misschien niet aan moest werken. Hij keek toe hoe de jongeman een oud litteken liet zien en had heel erg de neiging om door te vragen naar wat er was gebeurd, aan de andere kant als alles zou moeten worden uitgeschreven dan zou het nog wel eventjes gaan duren. Mortem moest wel toegeven dat als hij aan een mute dacht, hij meer verwachtte zo iets als uit de oude boeken. You know, tong uitgesneden en alles. Maar goed. Hij volgde de blik van de jongeman naar de twee pokémons die hij had en wachtte daarna naar wat hij zou gaan schrijven. En ja hoor, daar kwam het pennetje weer en werd er haastig gescribbeld op het stukje papier. Mortem wachtte rustig, ergens toch wel nieuwsgierig naar wat er werd gezegd, of geschreven eigenlijk. Toen het onder zijn neus werd geschoven, nam hij zijn tijd om 't door te lezen en een kleine chuckle was te horen. "Good for you," zei hij op een rustige toon. Hij gaf het kladblok terug aan de jongeman. "Lijkt me lastig werken voor de Crescent Moon," nam hij daarna aan, doelend op het feit dat hij moeilijk iets zou kunnen zeggen of dingen kon roepen als shit out of hand ging.
Myrddin was het trype om op zijn eigen voeten te staan ondanks zijn handicap. Hij had altijd tegen het systeem willen vechten opdat hij vond dat hij geen hulp nodig had. Nog steeds dacht hij dat. Hij had nooit een Pokémon genomen voor Sinnoh omdat hij altijd had gedacht dat zijn moeder hem een begeleidende Pokémon zou aanbieden. Iets zoals een Ralts of andere psychis type die met hem kon communiceren en zo beter zou kunnen helpen met zijn gebrek aan woorden. Hij vond het allemaal niet nodig en in zijn gedachten had hij altijd gedacht dat hij zijn team zou opbouwen on the go, niet op wat hij nodig had. Het zou mooi zijn als ze sterk waren, ook, ja maar daar kon je niet altijd een invloed op hebben. De man begon zachtjes te lachen en praatte en even haalde de blonde kerel diep adem. JUist ja. Opz ijn volgende woorden fronste Myr even waarbij hij kalm terug begon te pennen. Het duurde nog geen twee seconde voor hij het boekje terug presenteerde. 'Waarom?' Hij zag er het probleem niet van in. Onderzoek had aangetoond dat lichaamstaal en acties veel meer konden doen dan woorden. Hij had niet het gevoel dat hij tekort kwam. Blathnaid piepte even en kort legde de ranger een hand op haar, gevolgd met een aaitje aan de Archen op zijn schouder.
Ah ja, dar kwam de vraag. De waarom vraag. Ja, waarom niet, wat dacht hij nou zelf? Mortem wreef over zijn baard heen en haalde daarna een hand over de achterkant van zijn nek, voordat hij zijn schouders ophaalde. "Als mensen lastig gaan doen en je de rust moet bewaren, of als men niet naar je luisterd. Lijkt me toch handiger met een stem, dan met alleen een pokémon." zei hij daarna, maar zijn blik gleed wel naar de grijs met blauwe spikeball. Aan de andere kant, als je dat ding naar iemand hoofd gooide, dan zou iemand sowieso een hersenschudding hadden en werd misschien geëlektrocuteerd, maar dan zou het hun eigen schuld zijn. Hij grinnikte bij deze gedachten, voordat hij zich af vroeg of hij bepaalde vragen mocht stellen of dat dat als onbeschoft over zou komen. "Met wie heb ik trouwens te maken?" vroeg hij daarom maar, want zo kon je altijd een gesprek doorzetten, toch? "En als ik vragen mag, wat doet de Crescent Moon eigenlijk om deze regio te beschermen?" Er was een strenge blik verschenen in Mortem's ogen, terwijl hij de laatste vraag stelde. Want boh, hij zag er niet veel goeds van.
Myr richtte zijn ogen op de man toen deze weer sprak. Hij snapte niet zo goed wat zijn probleem was, hij had er toch geen last van? Hij was degene die ermee moest leven, niet hem. Daarbij had hij vele dingen geprobeerd. Als er een iemand was die wist hoe het was om te leven zoals hij deed en daar dan ook nog eens goed doorheen ging... Dan was het hem wel. HIj sloot zijn ogen dan ook even en zuchtte zachtjes. Juist ja, maar dat waren de gedachte van mensen die altijd alles hadden gehad. Het was jammer, maar de realiteit. En dat was dus waarom hij veel liever alleen was, alleen werkte. Dit soort gedachten, visie... Dom... Iets dat hij niet wilde. Maar wat deed hij eraan? Hij begon dan ook te pennen nadat de uitleg was gekomen en hield het boek op. 'Niet luisteren is voelen' stond er enkel. Als ze niet naar zijn boekje wilden luisteren dan zou het zo aflopen. Zijn hand bleef even rusten op de bolle Pokémon toen deze wat dichter tegen hem aankroop. Hm... Aisling legde haar kop ook wat neer, maar hij voelde hoe ze stijf op zijn schouder bleef zitten, klaar om in actie te schieten bij het minste van problemen.
De man sprak verder en Myr richtte zijn ogen op het boekje, waarna hij begon te pennen. 'Myrdinn' stond er, waaronder een snelle lijn gepend was. 'En u bent?' Maar de man sprak verder. Het zorgde ervoor dat hij even fronste en langzaam het boekje terug liet zakken. Een bedachtelijke blik lag in de ogen van de kleine man, die langzaam terug begon te schrijven in het boekje toen hij het terug naar hem draaide. Het duurde niet lang, veel had hij er niet over te zeggen. 'Mensen helpen neem ik aan? Inspringen waar nodig, voorkomen dat er weer problemen komen.' Maar veel details over het verleden kende hij helaas niet, dus meer kon hij niet opbrengen. Zou hij dit tegen de ander zeggen? Niet meteen, hij wist immers niet wat zijn historiek was. In ieder geval was deze man wel wat gerijpter dan hem. Heel... heel veel gerijpter.