The hypocrite of darkness shows its face, like a nightmare, again, this repetitive pattern
Casimir was er helemaal klaar mee. Om specifiek te zijn was hij helemaal klaar met Kylian. Als hij hier niet was met een doel, was hij omgedraaid en naar huis gegaan, maar dan had de andere gewonnen. Het enige wat hij kon doen was de andere een zo kwaad mogelijke blik toewerpen om te laten zien dat hij hier allemaal echt niet mee gediend was.
Was het verstandig om hierheen te komen zonder plan? Waarschijnlijk niet, maar op dat moment kon het hem weinig schelen. Zolang hij zijn pokémon terug kreeg. Een luide tsk was alles wat Kylian kreeg terwijl Casimir het vertikte om hem aan te kijken. In plaats daarvan richtte hij zijn aandacht maar op het kraampje, maar dat maakte hem enkel meer kwaad.
Ondanks dat hij zijn best deed om gewoon kalm en beheerst aan het kraampje te staan, was zijn ademhaling veel te scherp en keek hij veel te kwaad. Zijn grijze ogen gleden over alles wat de man verkocht en hij moest echt op zijn tong bijten om niks te zeggen. Onbewust was hij weer aan zijn gips aan het pulken. Het was vast beter als Kylian het woord nam, want met de seconde werd hij nerveuzer en kwader.
Ongeïnteresseerd glijden de ogen van de man over jullie heen. Ze blijven iets langer op Cas hangen alvorens hij zijn bli afwend en weer verder gaat met wat er dingen organiseren op zijn kraam. "Ja? Veel mensen zoeken wel eens wat." Bromt hij enkel.
Ah, wat irritant. Kyle sloeg zijn armen over elkaar heen, hief één wenkbrauw en keek naar de man die bezig was over hoe wel meer mensen wat zochten. Een geladen glimlach trok over zijn gezicht heen, hij haalde even diep adem en schudde zijn hoofd. “Het is maar goed dat ik niet op zoek ben naar klantvriendelijkheid.” Dat leek hier ver te zoeken.
“Waar ik wel op zoek naar ben is één van deze Pokémon,” ging Kyle door alsof hij een boodschappenlijstje vast had. Hij haalde een lijstje uit zijn zak en hield deze naar de man toe. Het lijstje was simpel: Golden Dreepy, Violet Dratini, Regal Mawile, Regal Silicobra en tot slot hetgene waar ze oprecht naar op zoek waren en de Pokémon waarvan hij bijna zeker wist dat de man er één van had: Obsidian Lycanroc.
The hypocrite of darkness shows its face, like a nightmare, again, this repetitive pattern
De man die voor hun neus stond was ook het zonnetje in huis. Casimir kon het niet laten om met zijn ogen te rollen om die opmerking. “Zou je denken,” mompelde hij zacht tegen niemand in het bijzonder. Niet langer keek hij naar het kraampje, maar in plaats daarvan om zich heen, naar alle mensen die hier rondliepen en de pokémon die ze allemaal bij zich hadden. Allemaal types waar je geen ruzie mee wilde.
Kylian voerde verder het gesprek, wat duidelijk beter was dan als Casimir zich ermee ging bemoeien. Bij het horen van wat geritsel keek hij de andere weer aan, dit keer met een diepe frons bij het zien van het briefje. Waarom had de andere dat nu weer bij zich. Waarschijnlijk… omdat hij wel voorbereid was en wel een plan had. Zachtjes schudde Casimir zijn hoofd weer en keek even naar de man die hem zonet nog iets te lang had aangekeken.
Onderzoek was belangrijk. Als Kyle het goed had, waren de Dreepy en Dratini Pokémon die de man ook in bezit had. Op deze manier zou het niet opvallen dat hij hier was voor de Lycanroc. En het zou betekenen dat hij extra moest betalen, maar Kyle kon er weinig om geven. Hij was niet hier om een organisatie op te doeken, om kwaad uit de wereld te halen. Hij was hier om Cas’ Pokémon terug te vinden en Cas veilig terug thuis te krijgen. Zo simpel was het. Misschien was het tijd om te accepteren dat hij nooit veel goed zou doen.
Het wantrouwen in de ogen van de man, liet Kyle met zijn ogen rollen. “Ik verzamel Dragon-types om door te verkopen. De Lycanroc is voor bescherming. Ik betaal,” verzekerde hij de man, stem hard en één wenkbrauw geheven. Als de man erin trapte en Cas maakte geen probleem, dan zou hij vandaag flink wat af moeten rekenen, maar dan kon hij wel naar huis met de Lycanroc.
The hypocrite of darkness shows its face, like a nightmare, again, this repetitive pattern
Een vieze grijns kwam op de man zijn gezicht bij de woorden van Kylian, maar die bleef er niet lang. Voor even keek Casimir Kylian aan alsof dat de man gek was geworden. Geld geven aan niet aan, maar meerdere pokémon op de black market. Zijn ogen vernauwde hij maar hij beet hard neer op zijn kaak om niks verkeerds te zeggen. Het briefje werd aangenomen.
”Bescherming, eh?”
De man klonk niet helemaal overtuigd en krapte wat over zijn kin terwijl hij naar het briefje keek. Zachtjes was hij aan het mompelen, verschillende nummers, waarschijnlijk om de prijs uit te rekenen. ”1 250.” Wel direct viel Casimir zijn mond wat open en zetten hij een stap vooruit. “De prijs is slechts tweehonderd, per traited pokémon.” Die woorden uitspreken zorgde ervoor alsof het voelde dat iemand zijn in zijn hart kneep. Hiervoor had hij het niet geweten, maar nu… “Tweehonderd voor een trait, tweevijftig voor een shiny.” Zijn grijze ogen hield hij strak op de man gericht. Het was al erg genoeg dat hij moest betalen voor zijn eigen pokémon, maar met Kylian erbij had hij vrij weinig keus.
Tweehonderd voor een traited Pokémon. Kyle vernauwde zijn blik bij de genoemde prijzen en schudde zijn hoofd even. Dat was absurd. Hij had ze dus allemaal? Dat was frappant. Misschien was het door deze prijzen dat de man niets wist te verkopen. Kyle deed niet zijn best om zijn ongeamuseerde expressie te verbergen. Immers was hij hier niet om vriendjes te maken, maar om een deal te sluiten.
“Voor die prijs is het minste wat je kan doen me de Pokémon even laten zien, denk je ook niet?” vroeg hij dan ook. Blauwe ogen richtte hij even kort op Cas, voor hij weer naar de man keek. “Als ze allemaal in orde zijn, dan is het geld voor jou.” Het was veel, maar hij zou er niet wakker van liggen. Hij wilde hier zo snel mogelijk weg, maar eerst wilde hij zien of ze de juiste voor zich hadden.
The hypocrite of darkness shows its face, like a nightmare, again, this repetitive pattern
De man achter het kraampje zag er niet uit alsof hij de twee echt serieus nam. Heel vaak ging zijn blik naar de omgeving, voor het weer op de twee bleef hangen. Was dat waarom dat de man een hogere prijs vroeg? Casimir kon hem enkel met vernauwde ogen aankijken. Maar Kylian kwam ertussen. Eerst de pokémon zien, dan pas het geld.
“Wat?” gooide Casimir eruit terwijl hij de man naast hem aankeek. “Dat bedrag is absurd.” Zijn armen gooide hij even in de lucht, waarbij hij op zijn kaak neer moest bijten. Dat was een foute beweging. Met een doordringende blik keek de man hem even aan, maar Casimir keek enkel terug.
Een stilte viel wanneer de man op zijn gemak een sigaret erbij nam en die op stak. Zonder verder wat te zeggen draaide hij zich om en ging hij de pokéballen halen. Casimir nam dat moment om Kylian een zachte duw te geven. “Dat ga je er niet aan uitgeven,” siste hij zacht. Voor de man terug kwam met slechts twee pokeballen. ”De Dreepy en Silicobra.” De pokéballen werden op de tafel neergelegd, maar de man hield zijn hand erop.
Dat het bedrag absurd was, zou Kyle niet ontkennen. Hij wist dat hij hier te veel zou betalen en dat liet hij ook merken. Toch zou hij het doen, want hij had geen zin om te riskeren dat ze hier zonder de Pokémon weg zouden gaan. Niet omdat hij daar zoveel om gaf, maar omdat Cas dom genoeg zou zijn om terug te gaan en dát wilde hij tegenhouden.
Kyle keek de ander met een doordringende blik aan toen deze zei dat hij het bedrag er niet aan ging uitgeven. Ja, daar was het te laat voor. Toen de man terugkwam met twee Pokéballen, vernauwde Kyle zijn blik. “Ik wil de Silicobra en Lycanroc zien,” besloot hij geïrriteerd. “Dan weet ik genoeg en is het geld van jou.” Het was een hoop geld en de man zou een volslagen idioot zijn als hij het niet zou aannemen. Niemand hier ging zo veel betalen voor deze collectie aan Pokémon.
The hypocrite of darkness shows its face, like a nightmare, again, this repetitive pattern
De man keek Kylian kalm aan terwijl hij zijn opties aan het overwegen was. In elk geval werd Casimir er nerveus van. Het duurde hem allemaal veel te lang. Hij wilde gewoon zijn pokémon en hier wegwezen. De man had er enkel andere gedachten over en nam zijn tijd, alsof hij alle tijd van de wereld had.
“Tom! Breng de Silicobra en Lycanroc— nee, de obsidian!”
Casimir probeerde langs de man heen te kijken naar de persoon waartegen de andere aan het spreken was. Een jongen van ongeveer zijn leeftijd, voegde zich bij de man met twee ballen en legde die bij de rest neer, voor hij weer uit het zicht verdween. De Meowth waar Kylian het over had, voegde zich eindelijk aan de man zijn zijde en keek de twee aan. Elke pokémon werd uit zijn bal gelaten, buiten de Lycanroc. “We wilde hem enkel aan specifieke klanten verkopen. Je wilde hem als bescherming? ‘Tis bescherming tegen hem dat je nodig hebt.” De man keek naar de overige pokémon die hij wel had getoond. Ze zagen eruit zoals je zou verwachten. Niet in extreem goede conditie en oogde zwakker.
Als Rockruff was de pokémon geen knuffel pokémon geweest, maar Casimir herkende Stuart niet in de woorden van de man. “Dat zullen we zelf wel uitmaken,” zei hij geïrriteerd, maar de man keek hem enkel even in stilte aan voor hij weer overging op Kylian. Wat een absolute sukkel. Hij was geen kind dat je gewoon kon negeren. “Deze naar wens?” Kylian kreeg even de kans om de pokémon te bekijken, terwijl de man wat fluisterde tegen die Tom.
Obsidian Lycanroc. Dat moest hem wel zijn. Kyle hield zijn expressie neutraal en keek de man aan terwijl deze weer begon te praten. De Lycanroc was degene waarvan hij bescherming nodig zou hebben, als hij de man mocht geloven. Kyle blikte even opzij naar Cas om zijn expressie te zien en schudde zijn hoofd toen deze geïrriteerd zei dat ze dat zelf wel uit zouden maken. Dat was niet de manier om dit aan te pakken.
“Ik heb een Pokémon nodig die volk van mijn erf houdt. Als dat betekent dat ze nooit meer zullen lopen, is dat geen probleem,” antwoordde Kyle rustig. Een waakhond hoefde niet sociaal te zijn. Blauwe ogen bewogen zich naar de Pokémon die uit hun bal werden gehaald en hij legde een vinger onder de kin van de Dratini, waarna hij haar kop optilde. Het arme ding verzette zich niet eens, maar hij hield de hardhandige controle aan voor hij weer naar achteren boog.
“Ik wil de laatste ook zien, dan is het een deal.” Cas kon boos zijn wat hij wilde, maar dan waren ze weg hier. Hij moest alleen zeker weten dat de Lycanroc die van hem was, anders had het geen zin om hier geld in te steken.
The hypocrite of darkness shows its face, like a nightmare, again, this repetitive pattern
Opnieuw hield de man Kylian zijn blik vast voor enkele seconden, voor dat hij zijn schouders ophaalde. “Wat jij wilt.” Er werd geknikt en de andere jongen verdween weer even. Dit gaf Kylian de tijd om de pokémon waarin hij geïnteresseerd was te controleren. Casimir kon het niet tegen houden, maar hij keek met een vertrokken gezicht toe. Wie weet waar die pokémon vandaan kwamen… misschien was er iemand naar ze op zoek. Het idee al zorgde voor een pijn in zijn borst. Hij wendde en keek even naar de omgeving.
Alles hier gaf hem een verkeerd gevoel en hij haatte het. Iedereen die hier rond liep verdiende het om opgepakt te worden en nooit meer het daglicht te zien. Casimir balde zijn handen op tot vuisten, en richtte zijn aandacht terug op het gesprek. Direct werd er een stap naar achter gezet toen Tom terugkwam, op de voet gevolgd door een Machamp.
Eindelijk werd de pokébal waar vermoedelijk zijn pokémon in zat weer vast genomen. Casimir rechte zijn rug direct en zetten weer een stap vooruit waardoor hij er waarschijnlijk te geïnteresseerd uit zag. De man wisselde een blik met de Machamp voordat hij de pokémon eruit liet.
Een diepe grom was al duidelijk hoorbaar nog voor dat de pokémon volledig verschenen was en de Machamp liet direct een waarschuwend geluid horen. Ondertussen had Casimir het gevoel dat de wereld stil stond. Zelfs al was de pokémon niet langer een Rockruff, hij herkenden hem direct. Het gegrom stierf even uit toen ook de pokémon Casimir opmerkte, maar dan verwijden zijn ogen. Zonder twijfelen wilde Stuart een aanval initiëren, maar de Machamp was sneller en vloerde de Lycanroc.
“Blijf er met—” maar Casimir beet snel genoeg weer neer op zijn kaak, harder deze keer. Onbewust had hij ook gegrepen naar één van zijn pokéballs. Hoe durfde die vent…
Natuurlijk wist Kyle dat het een risico was om Cas de Pokémon te laten zien. Ze konden zichzelf verraden, maar Kyle moest zeker weten dat hij hier niet in de maling werd genomen. Een Machamp werd gehaald en ondertussen onderzocht Kyle de Pokémon die achterbleven om de schijn hoog te houden. Ze waren niet goed verzorgd, maar geen van deze Pokémon leek in levensgevaar. Ze kwamen er wel weer. Zodra thuis, zou Kyle ze afgeven bij Crescent Moon om hun eigenaren te vinden.
En daar was hij. Cas’ reactie was duidelijk genoeg voor Kyle: dit was de Lycanroc die ze zochten. De Pokémon werd gevloerd en terwijl Cas begon, wuifde Kyle de woorden weg. “Ja, ja. Goed genoeg voor mij,” verklaarde hij nonchalant, hopende dat Cas de scherpe toon in zijn stem zou horen en zijn domme kop zou houden. Ze konden het niet nu nog verkloten. Niet nu ze zo dichtbij waren.
“Laat hem maar terugkeren, ik heb genoeg gezien. Twaalf-vijftig voor allemaal,” concludeerde Kyle, blauwe ogen strak op de man gericht terwijl hij zijn portemonnee uit zijn zak haalde. Dit was de enige manier, dat moest Cas begrijpen.
The hypocrite of darkness shows its face, like a nightmare, again, this repetitive pattern
De blik van Kylian zei genoeg. Casimir moest oppassen met wat hij deed, want één verkeerd signaal en ze konden het wel vergeten. Hij zou liegen als het hem allemaal niet nerveus maakte, zeker wanneer hij de blik van de man weer op hem gericht voelde. De Lycanroc verdween snel weer in de bal, aangezien het beest probeerde om weer recht te komen. Hoe durft die man hem—
“Duizend vijfhonderd,” zei de man alsof dat hij net Kylian had verbeterd, een kleine glimlach dansend op zijn lippen. Dat was— het was nog veel meer dan eerst. Door zijn reactie had de man echter al snel opgemerkt dat de pokémon die hij in handen had erg gewild was, dus waarom niet proberen om nog wat extra geld te verdienen. Casimir zijn mond viel net niet open bij het gegeven bedrag, maar als blikken konden doden was de man er niet langer. Even keek hij Kylian aan en ademende scherp in. Geld was normaal geen probleem en ondanks dat hij hiertegen was, hadden ze geen andere keuze.
Duizend vijfhonderd. Kyle’s blik werd kouder met de seconde toen hij het nieuwe aantal hoorde en hij wist dat het zonder Cas niet zo ver had hoeven komen. Hij was blij dat de man nog dom genoeg was om de Pokémon aan hem mee te geven, maar waarom had hij in Arceus’ naam toegestemd? De idioot had dit allemaal kapot kunnen maken, alles omdat hij zich niet in kon houden. Hij had alleen moeten gaan. Ze mochten blij zijn als ze hier weg kwamen.
“Uiteraard. Voor de service,” stemde Kyle rustig in, waarbij hij één wenkbrauw hief. Hij opende de portemonnee en haalde de stapel briefjes eruit, waarna hij deze naar de man uithield. Ondertussen hield hij ook zijn hand uit om de Pokéballs te accepteren. Hoe sneller ze hier weg waren, hoe beter. Met Cas zou hij hierna nog een hartig woordje spreken.
The hypocrite of darkness shows its face, like a nightmare, again, this repetitive pattern
Een brede grijns op de lippen van de man maakte duidelijk dat de deal rond was. Hij nam het geld aan, telde snel na en controleert sommige briefjes om te zien of ze wel echt waren. Pas nadat de man het allemaal vertrouwde, stak hij het geld weg en overhandigde hij de pokéballs. “Hopelijk tot nog eens,” zei de man erbij.
Casimir keek enkel toe hoe de pokéballs overhandigd werden, maar liet het voor nu maar gebeuren. Hij wilde de pokéball van Stuart zo snel mogelijk terug, maar hij kon ze ook niet allemaal aannemen zonder dat ze de grond op zouden vliegen. Zodra dat de pokémon veilig bij Kylian waren, draaide hij zich alvast om en wandelde terug in de richting van de auto.
“Wat een arrogante eikel,” mompelde Casimir nu duidelijk geïrriteerd. “Al te veel vragen en dan nog méér durven vragen.” De frustratie die hij eerder had ingehouden, kon hij nu eindelijk uiten. Zijn grijze ogen gingen vervolgens naar Kylian en hij stak een hand naar hem uit. “Mag ik hem nu terug?” Pas als hij de pokéball weer veilig in handen had, was hij zeker dat het over was.
Hopelijk tot nog eens. Kyle toverde een glimlach op zijn gezicht en nam de Pokéballs aan. “Vast wel,” verzekerde hij de ander, waarna hij de Pokéballs in zijn jaszak stak en begon te lopen. Hij zette snelle stappen, maar met zijn langere benen zou Cas hem gemakkelijk bij kunnen houden. En terwijl Cas praatte, negeerde Kyle hem. Eerst terug naar de auto, eerst weg hier. Want als hij hier zou ontploffen, dan waren we ver van huis.
De auto was enigszins van de markt af geparkeerd en vanaf hier zouden ze hen in elk geval niet horen. Eenmaal bij de auto aangekomen, sloeg Kyle dan ook zijn vuist op de auto en keerde hij zich weer naar Cas. “Heb je enig idee hoe dit had kunnen aflopen?” riep hij uit. “Je hebt géén idee wat voor volk hier rondloopt en zelfs terwijl het zo dichtbij was, kan je je mond niet toehouden. Wat als ‘ie wat anders had gedaan dan de prijs omhoog gooien?” Cas had bijna de Lycanroc aan zich voorbij zien gaan en hij leek het zich niet te beseffen.
The hypocrite of darkness shows its face, like a nightmare, again, this repetitive pattern
De klap tegen de auto had hij niet zien aankomen. Direct stond Casimir stil om met grote ogen naar Kylian te kijken. Wanneer hij echter begon te spreken, vernauwde hij ze echter al snel weer. Wat was zijn probleem nu weer?
Casimir rolde zijn ogen, sloeg zijn armen over elkaar en om het extra duidelijk te maken dat hij geïrriteerd was, wendde hij zijn blik af. ”Overdrijven is ook een kunst.” Uiteraard wist hij ook wel dat het beter had kunnen gaan, maar er was niks gebeurd. Ze hadden de pokémon en enkel teveel betaald. “Het is gelukt, wat maakt het nog uit.” Geïrriteerd gooide hij zijn armen in de lucht, waarbij hij ze niet te hoog hield om de pijn te voorkomen. “Niemand heeft je verplicht om mee te komen,” zei Casimir terwijl hij met een bevend – helaas niet van woede– vinger naar Kylian wees. Alleen was het hem ook gelukt. Hij had Kylian niet nodig.
Overdrijven was ook een kunst. Kyle keek de ander vol ongeloof aan en schudde zijn hoofd. “Het is gelukt? Niemand—” Hij schudde zijn hoofd even en klikte de auto open, maar in plaats van naar binnen te stappen, landde zijn vuist nogmaals op het dak van de auto, al was het maar om te voorkomen dat hij hardhandig met Cas om zou gaan in plaats van met de auto.
“Als ik hier niet was, dan was het niet gelukt. Je had het bijna verpest, Cas! Het was bijna einde oefening en wie weet waar je Lycanroc dan zou eindigen,” ging hij door, waarna hij de deur eindelijk opende. “Stap in.” Hij had geen zin in een discussie, hij wist dat hij gelijk had. Dus, terwijl hij zelf instapte pakte hij de Pokéball van de Lycanroc uit zijn zak en hield hij deze uit naar Cas zodra deze ook de auto in zou stappen.
The hypocrite of darkness shows its face, like a nightmare, again, this repetitive pattern
Het was zeker fout om op dat moment tegen Kylian in te gaan, maar daarvoor kon hij op dat moment niet nadenken. Al wat Casimir hoorde was hoe dat hij het verpest was en hoe dat hij het niet had kunnen oplossen. Opnieuw. Hij weigerde het te geloven. Deze keer zou hij zijn pokémon hebben kunnen beschermd, maar daar was Kylian het duidelijk niet mee eens en ergens deed het pijn. Maar in plaats van dat onder ogen te komen, was het veel makkelijker om kwaad te worden op de andere.
“Ach ja natuurlijk, want enkel omdat jij hier bent is het gelukt,” zei Casimir sarcastisch terwijl hij hoofd schudde. Hij speelde ze alleen maar kwijt, maar die gedachten hield hij voor zichzelf. Zo erg was het niet eens. Er waren zaken die beter konden maar hij— hij kon gewoon niet aanzien hoe— zeker niet na alles. Zeker toen eenmaal de Machamp erbij betrokken werd.
Casimir keek toe hoe dat Kylian de auto in stapte en hem geen andere keuze gaf dan hetzelfde te doen. Toch bleef hij enkele seconden staan, waarin hij zijn opties overwoog. Met tegenzin gooide hij de deur uiteindelijk open, om in te stappen en direct de pokéball uit Kylian zijn handen te trekken. In mate van het mogelijke draaide hij zijn rug naar de andere toe, waarbij hij de druk op de wonde op zijn rug volledig negeerde. Door het raam staarde hij naar buiten terwijl de vermoeidheid hem eindelijk te pakken kreeg. Hij was gewoon moe.