Zuchtend liep Spencer die ochtend het pokécenter in. Hij begroete nurse Joy en lichte haar in dat hij een van de stagiairs was die vandaag bij haar kwam meelopen. Ze ontving hem met een oogverblindende glimlach, wat ze normaal reserveerde voor een patiënt en leidde hem naar een achterkamer waar hij een uniform van zijn maat mocht uitzoeken. Hij kreeg als instructie zijn pokémon achter te laten in de speciale daycare die ze daar hadden. Het was een grote kamer die naar een bescheiden tuin leidde waar werknemers hun pokémon mochten achterlaten en waar voor ze gezorgd zou worden tot hun trainers klaar waren met werken. Spencer besloot om over de goedheid van zijn hart te strijken en Sal niet in zijn pokébal te laten. Hij liet hem eruit en keek spottend op hem neer. "Nou vriend, jij mag hier blijven vandaag," Salandit keek om zich heen, verlangend naar de tv in de hoek die momenteel uit stond en daarna achterdochtig naar een Stufful die met glinsterende ogen naar hem staarde. "Ik zal vragen of ze de tv voor je aanzetten. Je weet het hé, kanaal 3 voor de Gardevoir en de Gengar-" Sal's favoriete soap. De pokémon was verzot op soapseries en reality tv. "En ik ben vanavond weer terug. Ze geven je hier ook eten en als er iets is, loop dan naar deze aardige meneer toe-" Spencer's stem stierf weg. Sal was al weggelopen en had de tv zelf aangezet met de afstandsbediening. Ach, over hem hoefde Spencer zich in ieder geval geen zorgen te maken. Niet dat hij dat deed, oh nee! Spencer trok de deur achter zich dicht en begaf zich terug naar de lockers. Tot zijn verrassing trof hij daar een ander persoon aan die niet de indruk gaf dat hij hier werkte.
Stage, stage, stage, stage. Oh dear Arceus, wat was hij bang geweest. Met pokémon werken, dat lukte hem, met mensen werken, totaal niet. Misschien dat dat ook de reden was waarom hij hier veel te vroeg was. Hij had Lily afgegeven bij de balie, waar de pokémon niet van gediend was. Ze was gaan huilen en had bijna geëist om bij hem te blijven. Maar nadat Vince goed had uitgelegd had dat er goed voor haar gezorgd zou worden, was ze toch wat gekalmeerd en uiteindelijk was ze rustig met de zuster meegegaan. Arcadium daar in tegen had er nog minder zin in en het theekopje bleef rustig boven zijn schouder zweven. Die was gewoon met geen mogelijkheid van hem af te krijgen. Dus hij had aan de zusters gevraagd of het erg was als Arcadium zou blijven zitten. Iets wat ze gelukkig niet heel erg vonden, zolang de pokémon nergens aan zou komen of zou overlopen. Vooral dat laatste had de Sinistea niet leuk gevonden om te horen, maar Vince had 'm al snel meegenomen naar achter toe. Hij wilde zich snel gaan omkleden en klaar staan, zodat hij zo min mogelijk met de andere stagiaire hoefde te communiceren. Iets wat niet lukte, want de deur ging al vrij snel open en Vince sprong bijna een half meter de lucht in. Hij legde een hand op zijn hart, die bijna uit z'n borstkas sloeg, en zijn bruine ogen richtte zich op de man die binnen was gekomen. Ongeveer zijn leeftijd, maar meer het researcher uiterlijk dan dat hij ooit zou hebben. Meanwhile vloog Arcadium lachend rond zijn hoofd. Hij wierp een kwade blik naar de pokémon, die zich snel achter zijn hoofd verschuilde. Daarna richtte Vince zich op de jongeman die binnen was gekomen en zwaaide ongemakkelijk. Oh help.
Hij nam de ander voor een paar tellen zwijgend in zichzelf op met zijn hand nog op de deur. Slungelig, lang met blond haar en donkere ogen. Spencer stak ook een hand op en zwaaide droog. “Hey,” hij stapte naar binnen en liet de deur achter zich dicht vallen. Een pokémon die erg veel op een behekst theekopje leek zoefde om het hoofd van de jongen, tot die hem tot stilte maande met een giftige blik. “Jij bent ook een stagiair, neem ik aan?” Vroeg hij met opgetrokken wenkbrauwen, zijn bril op zijn neus drukkend en de ander gadeslaand.
Het werd er niet veel beter op toen hij werd aangesproken. Hij hoorde de Sinistea achter zijn oor lachen en had de neiging om 't theekopje uit de lucht te plukken en in een tas te duwen, maar wist dat dat geen goede uitkomst zou zijn. De jongeman voor hem stapte de ruimte binnen en instinctief zetten Vince een stap achteruit. Hij was een firm believer van social distancing, of te wel, blijf uit zijn buurt. En daar ging de deur, zijn enige weg naar buiten was nu afgesloten. Vince slikte moeizaam en voelde zijn hart in zijn borstkas bonzen. Waarom had hij besloten om dit samen met iemand te doen, waarom had hij dit niet gewoon in z'n eentje gedaan. De jongeman vroeg aan hem of hij ook een stagiaire was en hij knikte langzaam. "D-dat k-klopt," sprak hij moeizaam, hopend dat het horbaar was. Zijn gezicht voelde alsof het hevig aan het gloeien was en hij legde de rug van zijn hand tegen zijn wang, yep, gloeiend heet. Fijn, kon er ook nog wel bij. Hij friemelde wat met zijn handen, voordat hij moeizaam een stap naar voren zetten, diep adem haalde en een kleine buiging maakte. "Vince Newman, stagiaire en eerste rank researcher." zei hij op een zo'n normaal mogelijk toon, wat hopelijk ook zo klonk...
Er viel even een ongemakkelijke stilte alvorens de jongen antwoord gaf. Spencer kreeg het idee dat de ander een beetje bang voor hem was ofzo. Spencer was gewend dat men dat meestal ging doen als er tenminste een aanleiding voor was geweest. Zo eng zag hij er toch niet uit met zijn witte coltrui, lange zwarte broek en zwarte bril? De jongen kreeg een kleur en stamelde een antwoord eruit. Hij was ook stagiair en heette Vince Newman. “Nice,” zei Spencer met een goedkeurende knik. Hij liep op de ander af en stak een hand uit. “Spencer Bates, ook een researcher,” deelde hij schouderophalend mee.
Ok. Uhm.. Dit ging niet echt soepel. Hoe gingen ze dit nu aanpakken? Arcadium zweefde nog steeds rond hem, maar toen het theekopje eenmaal door had dat de jongeman niet zo eng was, ging 'ie op onderzoek uit rond Spencer. Vince keek zijn pokémon eventjes na. Waarom kon hij dat niet? Waarom was het zo lastig om met mensen om te gaan, terwijl Pokémon zo makkelijk waren. Hij zuchtte eventjes en keek verbaast naar de hand die naar hem werd uitgereikt. "A-Aangenaam." Zei hij, enigszins ongemakkelijk voordat hij Spencer een hand gaf. Gelukkig had zijn vader hem geleerd dat een stevige handdruk goed was, dus dat probeerde hij dan ook, hopend dat 't zou werken. "W-welke pokémon heb je?" vroeg hij daarna, in de hoop het gesprek een beetje op gang kwam, zonder deze ongemakkelijke stilte.
Oh gelukkig maar, stagaires kan je altijd met de rottaken opzadelen. Een Trainer zijn complete verzameling van 6 Joltiks is ontsnapt en aangezien iedereen hier veels te druk is met veels te belangrijke taken, is het aan jullie twee stagiairs om ze allemaal, maar dan ook allemaal te verzamelen voor ze schade aanrichten aan de elektronica! Oh ja.. Joltiks zijn een centimeter of 10 groot. Succes!
Spencer kreeg een beetje medelijden met de ander. Hij had nog nooit iemand zó ongemakkelijk gezien in het bijzijn van een ander mens. Of misschien lag het aan hem persoonlijk? Spencer liet nonchalant zijn blik over zichzelf gaan terwijl hij deed alsof hij een sigaret zocht in zijn achterzak. Na een vlugge scan kwam hij tot de conclusie dat het absoluut niet aan hem kon liggen. Strakke broek, sportschoenen, turtleneck, bril. Hij haalde een hand door zijn krullen terwijl zijn ogen even naar de zwevende theekop gingen die nieuwsgierig naar hem toe gingen, alvorens hij ze weer op Vince liet vallen. “Een Salandit.” Zei hij schouderophalend met een blik die zei dat hij hier niet echt lang over wilde praten. Wat voor lol zat daar nou aan? “Jij?” Spencer keek opzij toen Nurse Joy plotseling de kleedkamer binnenkwam na een beleefd kopje op de deur. “Heren, ik heb een opdracht voor jullie-”
Na hen ingelicht te hebben, verdween ze weer naar buiten en liet ze Spencer en Vince samen achter. Een of andere zielepoot was al zijn Joltik’s kwijtgeraakt. Alle 10. Van binnen ging hij een beetje dood. “Nou.. euh- heb jij een idee hoe we dit het beste kunnen oplossen? Je hebt toch niet toevallig een Lillipup in je zak, hé?” vroeg hij met een opgetrokken wenkbrauw. Die beestjes konden zo’n beetje alles opsporen met hun neus.
Spencer zei dat hij een Salandit had. Hij kende de pokémon van naam, maar had er nooit echt een kunnen bestuderen. Wel wist hij dat ze alleen evolueerde als ze van het vrouwelijk geslacht waren. Misschien moest hij eens gaan uitzoeken waardoor dat kwam, maar dat was een zaak voor later. Hij kreeg eerst de vraag welke pokémon hij had en hij wees naar de Sinistea die nog steeds bij hem was. "Deze Sinistea is van mij. En binnen heb ik nog een Azuril zitten," legde hij uit. Praten over pokémon ging zoveel makkelijker dan praten over mensen, of over hem zelf. Veel meer tijd hadden ze niet, aangezien de zuster binnen kwam lopen, met de mededeling dat er werk voor hen was. Er waren Joltik ontsnapt en natuurlijk kregen de stagiaires de rotste klusjes. Hij hoorde Spencer nog wat zeggen, maar Vince was direct zijn kluisje in geschoten en rommelde door zijn tas heen. Hij keek op bij de laatste woorden van de jongeman en schudde zijn hoofd. "Geen Lilipup, wel iets anders." En hij zwaaide met een zaklantaarn. "Joltiks zijn gek op elektriciteit. Zonder een serieuze energie bron kunnen ze vrij weinig. Daarom dat ze veel rond Yampers hangen. Grote kans dat we alle tien kunnen vinden bij de grootste bron van elektriciteit, de generator." Legde hij uit. Urenlang boeken lezen kwam dus toch nog van plan. Hij stapte langs Spencer heen. Nu hij met pokémon kon werken, leek Vince een hele andere jongeman. "Eerst moeten we weten waar de generator is, kom je?" vroeg hij, terwijl hij op weg naar de zuster liep om wat dingen na te vragen.
Vince schudde zijn hoofd en trok een zaklantaarn tevoorschijn terwijl er een plotse stroom van woorden uit zijn mond kwam. Spencer was lichtjes uit het veld geslagen door het hernieuwde zelfvertrouwen van de man. Zijn stotter was compleet verdwenen en er scheen een enthousiast licht in zijn ogen door. Het was alsof hij plotseling een totaal andere persoonlijkheid had gekregen. “Ah,” zei hij een beetje uit het veld geslagen “Nou, euh.. leid de weg! Jij schijnt, ik vang ze,” hij volgde Vince de kleedkamer uit door een deur tegenover hen die terug naar de lobby leidde. Hij gebaarde dat Vince toch vooral het voortouw moest nemen terwijl Spencer zijn ogen open hield om er zeker van te zijn dat er niet een paar achterblijvers rondkropen.
Met een snelle woordenwissel had Vince uitgevogeld waar de generator zich moest verbinden. Hij had de zaklamp in zijn handen, voor het geval het een donkere ruimte was en ze een snelle boost van elektriciteit nodig hadden om een van de Joltik te vangen, mocht er eentje snel genoeg zijn om te ontsnappen. Het grootste probleem van deze pokémons, was het feit dat ze maar ongeveer tien centimeter groot waren en dus redelijk snel over 't hoofd te zien. Daarom was het handig dat Arcadium bij hem mocht blijven. Vince gaf snel het theekopje de opdracht om alles goed in de gate te houden, waarna de pokémon bij Spencer ging zweven, om tevens ene oogje in 't zijl te houden. "Arcadium doet niets, hij hangt alleen maar rond om je een seintje te geven als je iets over het hoofd ziet." Zei Vince zonder om te kijken, terwijl hij door het gebouw heen racete op weg naar de generator. Hij stopte plotseling bij een deur met een hoogspanningsteken erop. "Als ik gelijk heb, zouden ze zich hier moeten bevinden. Zo niet, dan moeten we alle stopcontacten af gaan zoeken. En alle elektrische pokémons die zich hier bevindne. Maar over het algemeen is dit de sterkste bron van elektriciteit, dus de meeste kans dat in ieder geval een groot deel zich hier zal bevinden." Vince legde een hand op de deurklink. "Klaar?" vroeg hij daarna aan de jongeman achter zich.
De behekste theekop van Vince zweefde naar Spencer’s hoofd en bleef bij hem in de buurt zweven, de lobby scannend met zijn paarse ogen. Vince informeerde hem dat de Sinistea niets deed en Spencer haalde zijn schouders op. “Best,” en keek om zich heen. Hij liep snel achter Vince aan die er behoorlijk de pas in had zitten. Bij een deur met een hoogspanningsteken bleven beiden mannen staan. Spencer liet zijn blik naar de onderkant van de deur gaan en zag dat die wijd genoeg was voor Joltik om onderdoor te kruipen. “Let’s go, bro,” zei Spencer met een zelfverzekerde knik. Hij bedacht zich nu dat het misschien geen goed idee was geweest om zijn Salandit achter te laten bij de daycare maar, ach. Vince had een Sinistea, Vince had de zaklamp en Vince had het plan. Het zou vast goedkomen.
Zo te zien was Spencer het eens met zijn plan. Geweldig, dan kon hij gewoon verder gaan met waar hij mee bezig was en dat was bedenken waar ze al die pokémon gingen houden zonder dat er weer eentje zou ontsnappen. Maar misschien was dat een probleem voor later. Hij knikte en draaide de deur open. Nu pas bedacht hij zich dat 't misschien veiliger was geweest om eerst andere kleding aan te doen, voordat hij een kamer vol met volledig geladen elektriciteit in stapte. Anyhow, hij stapte naar binnen toe en scande direct de ruimte. In de muur aan de andere kant van de deur stond de generator, maar door de duisternis kon hij niet zien of de pokémon erop zaten. De kleine lampjes op de generator waren niet voldoende om licht op de zaak te werpen. "Richt de zaklamp es op de generator," zei hij tegen Spencer, terwijl hij voorzichtig verder de kamer instapte, achter zich de jongeman gebaarde om dichterbij te komen en de deur te sluiten. De pokémon konden onder de deur door, maar dat was hij vergeten op dat moment.
Voordat Vince de deur opende, kreeg Spencer de zaklamp in zijn handen gedrukt. Hij had daar geen bezwaar tegen en volgde de ander braaf naar binnen. Toen de deur achter hem dicht viel schonk hij de zaklamp door het vertrek. De lamp die er brandde was zo klein dat er overal zwarte plekken in de hoeken zaten en grote schaduwen door het vertrek lagen als donkere, lange beesten. Spencer realiseerde meteen dat dit wel eens de hele dag zou kunnen gaan duren. Hoe moest hij ooit kleine beestjes van 10 centimeter lang op een plaats als dit vinden? Spencer, die nog in de deuropening stond, richtte de zaklamp op de generator toen Vince dat vroeg en meende piepkleine oogjes te zien flitsen in het licht maar hij stond te ver weg om het goed te kunnen zien. De generator had zo'n beetje dezelfde kleur als de Joltik..
Het moment dat de zaklamp op de generator scheen, meende hij een paar oogjes te kunnen zien. Helaas hadden ze de pech dat het ding ongeveer dezelfde kleur had als een Joltik en Vince vervloekte de maker van die dingen. Misschien zou hij nog tegen het personeel zeggen dat ze 'm rood moesten verven ofzo, dat zou dit werk een stuk makkelijker maken. Hij ging op een goede anderhalve meter van de generator af zitten, immers kon hij moeizaam de pokémon er vanaf plukken zonder zelf een schok te krijgen, maar hij had een ander plan. Terwijl hij de weg had gevraagd naar de generator, had hij ook om wat andere dingen gevraagd en uit zijn zak haalde hij een blok batterij, die hij voor hem neer zetten. Natuurlijk was 't niet hetzelfde als de generator, maar hopelijk kon hij er zo toch wel een paar vangen. Een glimlach verscheen dan ook op zijn gezicht toen hij in ieder geval twee Joltiks zich verplaatste naar het zwarte blok dat voor hem stond. Hij draaide zich om naar Spence en gebaarde hem dichterbij te komen, dit moest die zien.
Spencer stond een tijdje naar Vince zijn rug te staren terwijl die iets uit zijn zak had gehaald en op de grond had neergezet. Hij aarzelde even toen Vince hem wendde maar liep uiteindelijk het trapje af in een plas licht van de bleke gloeilamp. Hij bukte naast Vince en scheen met zijn zaklamp. Twee Joltik zaten tevreden tegen een blok batterij aangeplakt. Spencer vond ze ergens wel een beetje schattig.. Hij verschoot toen hij iets voelde kriebelen tegen de rug van zijn hand en zag dat er een derde Joltik op zijn zaklamp zat. Het beestje maakte een zacht snorrend geluid en leek helemaal in zijn sas. "Dat is al 3.. Heb je toevallig nog meer van die batterijen?" vroeg hij met een blik op Vince. Hij hoopte van wel anders zouden ze de hele ruimte moeten afzoeken. Hij wierp een getergde blik op alle dozen en andere rommel dat opgestapeld in hoeken en op ijzeren planken lag.
Hij haalde kleine spin pokémon van de batterij af en stak ze in zijn zak. Zolang hij ervoor zou zorgen dat de zak dicht bleef, zouden ze niet kunnen ontsnappen. Maar er was nooit voldoende ruimte voor ze alle tien, dat zou een probleem worden later. Hij draaide zich om, op het moment dat hij Spencer zag verschieten en grinnikte zachtjes toen hij één van de Joltik op de rug van zijn hand zag zitten. "Nog maar zeven te gaan," zei hij, terwijl hij de Joltik van de jongeman over nam en bij de andere twee deed. Hij schudde daarna zijn hoofd. "Helaas niet, maar misschien kunnen we er nog een paar lokken met die zaklamp," stelde hij voor. Anders moesten ze terug naar boven toe gaan om meer electrica te halen en hij wist niet zeker of zuster Joy er blij mee zou zijn als ze alle batterijen leeg lieten lopen alleen om een paar Joltik te vangen.
Spencer knikte vaag. Hij liep naar de meest linkse opstelling van dozen en andere rommel en maakte een klikkend geluidje met zijn tong. "Heeeeeey, Joltikjes, ik heb hier een heerlijke zaklamp voor jullie.." zong hij zacht terwijl hij de lamp overdreven dicht langs de dozen liet gaan in de hoop dat er een paar tevoorschijn zouden springen. Hij meende iets kleins weg te zien schieten achter een kapotte microscoop. Werktuigelijk duwde hij het voorwerp opzij en stak zijn zaklamp naar binnen zodat het weer even donker werd in de kelder. Toen hij de lamp terugtrok zat er een Joltik op die zacht snorrend tegen de zaklamp aanwreef. Spencer ging zo de rest van de dozen in de linkerhoek af tot dat hij met twee Joltik terug liep naar Vince. "Dat is nog twee.." mompelde hij terwijl hij ze overhandigde aan Vince.
Vince kon het niet laten om zachtjes achter een hand te lachen toen Spencer ging roepen naar de Joltiks, in de hoop dat ze naar hem toe zouden komen. Als 't hem zo zou lukken, verdiende hij een applausje, maar hij zou er weinig op inzetten. Hij kwam zelf overeind en zocht in zijn tas, om te zien of hij zelf nog wat had waarmee hij de kleine spinnen pokémon kon aantrekken. Helaas waren zijn zakken letterlijk leeg en hij zuchtte eventjes. Ondertussen leek Spencer meer geluk te hebben, met de zaklamp, niet met het gepraat tegen de pokémon. "Dan zijn we op de helft," zei hij voorzichtig, waarna hij overeind kwam. "En ik heb werkelijk geen idee hoe we er nog meer kunnen gaan vinden. Misschien moeten we aan de balie vragen of ze nog iets hebben om ze te lokken?" vroeg hij, terwijl hij achter zijn hoofd krabte en Spencer aankeek. Hopelijk had hij nog een idee?
Spencer dacht even na en knikte toe. Hij wist niet echt wat ze op dit moment anders konden gaan doen. Ze waren gewoon te klein en als ze Spencer zijn methode zouden aanhouden, waren ze hier morgen nog. “Ja, goed.” zei hij knikkend tegen de jongen en hij duwde zijn bril wat verder op zijn neus. “Ga jij maar dan wacht ik hier en probeer ik in de tussentijd de rest bij elkaar te krijgen..” zei hij met een niet erg enthousiaste blik op de overige kasten en rekken met rommel. Hij kreunde zacht. Oh, dit zou eeuwen gaan duren ..